Als we de ramen bekijken zien we stuifmeel, honing (verzegeld en onverzegeld), gebouwde maar lege raten en wel twaalf redcellen. Hmmm.
We bellen een ervaren imker en leggen het voor. Zijn inschatting is dat er geen koningin is en hij adviseert deze bijen met de andere bijen te verenigen.
Terwijl we daar al plannen voor maken, mailen we ook leraar Ben om zijn advies te vragen. Die heeft op zondagavond geen tijd om uitgebreid te antwoorden, maar mailt: “Zeker niet verenigen! Veel te riskant voor het gezonde volk. Morgen meer.”
’s Nachts ga ik
twijfelen of we wel goed gekeken hebben en als een detective lig ik te denken
wat er gebeurd kan zijn.
De volgende dag
besluiten we de kast nog eens te openen en foto’s te maken voor Ben. Petra uit
Utrecht is er toevallig en filmt een stukje: http://youtu.be/melu7LiE4BAAl snel krijgen we een mail terug van Ben dat hij een uitgelopen redcel heeft gezien op de foto. Dan komt het volgens hem wel goed. Over twee weken nog eens kijken en ondertussen dagelijks een beetje bijvoeren. Dat stimuleert de bouw en de eileg, zegt hij. Als we meer geven slaan ze dat op als wintervoorraad.
Waar ik het allemaal maar knap ingewikkeld begin te vinden, schrijft Ben: “Bijen houden is zo leuk omdat het niet alleen werken met en in de natuur is, maar het scherpt ook de geest. Je moet namelijk vaak achteraf beredeneren wat er gebeurd kan zijn.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten